Tijdens een eindexamenreis naar Spanje besluiten vier meiden en twee jongens de sleur in een vakantiewoning te doorbreken door erop uit te trekken in een onherbergzaam natuurgebied. Ze verdwalen en mede door het extreem slechte weer raken ze volledig van de buitenwereld afgesloten. De tijd verstrijkt en het is voor de opgetrommelde hulpdiensten schier onmogelijk iets uit te richten. Maar het gevaar komt niet zozeer van buitenaf. Iemand in de groep blijkt niet te vertrouwen en de dood zit de vrienden dicht op de hielen.
Dit spannende verhaal leest lekker weg en is –
complimenten voor de uitgever – aantrekkelijk vormgegeven. De marketing is
verder dik in orde met een eigen trailer en op het omslag een foto van de
winnares van de wedstrijd voor het nieuwe covermodel, zoals bij de uitgaven van
Wallis de Vries te doen gebruikelijk.
Toch vind ik dit boek verhaaltechnisch minder
geslaagd. De personen willen op de een of andere manier niet goed uit de verf
komen. Kon je je in verhalen als Klem (2012) en Wreed (2013) nog prima
identificeren met de hoofdrolspelers, in Wild blijven de verhaalfiguren te
oppervlakkig. Dat geldt al helemaal voor de dader. Het slot is bepaald niet een einde zoals we
dan van Wallis de Vries gewend zijn. Het is nogal gekunsteld en dat effect
wordt versterkt door het feit dat de schrijfster het blijkbaar nodig vond de
dader in een lange monoloog met zichzelf een soort van verantwoording te moeten
laten afleggen van haar daden en gedrag.
Het zal de fans van Wallis de Vries – en dat zijn er heel veel - niets uitmaken. Sterker nog, op het moment van schrijven is duidelijk dat Wallis de Vries de Prijs van de Jonge Jury, editie 2019, won met Wild.
De onder jongeren zeer geliefde schrijfster van
misdaadverhalen is vanaf 2014 niet meer weggeweest van het erepodium: ze won de
prijs zes keer eerder (2012 – Vals; 2014 – Klem; 2015 – Wreed; 2016 – Shock;
2017 – Schuld; 2018 – Pijn).
In mijn rubriek over jeugdliteratuur in het eerste
nummer van Levende Talen Magazine, jaargang 2019, besteedde ik eerder aandacht
aan Wild, een verhaal dat is geschreven volgens een formule waarop Wallis de
Vries patent lijkt te hebben. Een meervoudig perspectief, flashbacks, en een
vooralsnog onbekende dader die zich in kleine, losse fragmenten rechtstreeks
richt tot de lezer en zo beetje bij beetje meer prijsgeeft over zijn of haar
identiteit. Dat is het beproefde en uiterst succesvolle recept waaraan de ‘Nicci
french van de jeugdliteratuur’, zoals Wallis de Vries door NBD Biblion is
omgedoopt, zich steevast houdt. Ik was zelf minder te spreken over Wild en gaf
de voorkeur aan Fright Night, de eveneens genomineerde jeugdthriller van Maren
Stoffels die in hetzelfde nummer niet geheel zonder toeval voorbijkwam, ook op
Robs Jeugdboekenblog besproken.
Hoe dan ook, het zijn uiteindelijk de leerlingen in
de onderbouw in de leeftijd van 12 tot 16 jaar die het middels het uitbrengen
van hun stem voor het zeggen hebben en hier blijkt maar weer dat Mel Wallis de
Vries in de loop der jaren is uitgegroeid tot een sterk merk. Ze is een
toegankelijk en buitengewoon populair schrijfster, die in navolging van Carry
Slee (Slee won de Prijs van de Jonge Jury rond de eeuwwisseling vijf keer) weet
wat jongeren bezighoudt. Telkens weer slaagt zij erin hen te boeien en te
verleiden tot het lezen van nieuw werk. En dat is toch een prestatie!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten