vrijdag 19 augustus 2011

Emily Horner - Een liefdesverhaal met mijn dode beste vriendin in de hoofdrol

(Prometheus, 2011) 

In Een liefdesverhaal met mijn dode beste vriendin in de hoofdrol volgen we de zestienjarige Cass, die na het overlijden van haar beste vriendin Julia heel Amerika door fietst naar de zee van Californië, met Julia's as in een tupperwarebakje Het is een lange tocht van zo'n zevenduizend kilometer, een reis die Julia en Cass samen hadden moeten maken.

Al fietsende kan Cass haar lesbische gevoelens niet langer ontkennen. Het verhaal schakelt voortdurend tussen het heden ('Nu': Cass helpt Julia's vrienden bij de uitvoering van een door Julia geschreven musical) en het verleden ('Toen': de enerverende fietstocht ).

De roman is een zoektocht naar identiteit met twee prachtige verhaallijnen. Het is een ontroerend en eerlijk verhaal over vriendschap en liefde. Jongeren worden mede door het dramatische onderwerp en de directe manier van vertellen beslist geraakt.

Het boek verscheen in de Prometheus Young Adultreeks. Enig minpunt is wat mij betreft de goedkope kwaliteit papier waarin deze pocketuitgave is gedrukt. Dit prachtige verhaal had mijns inziens een beter jasje verdiend!

Emily Horner komt uit Montreal, Quebec en woont nu in Brooklyn, New York. Ze is fan van de Japanse popcultuur en ze werkte in de videogamebranche voordat ze bibliothecaresse werd. Een liefdesverhaal met mijn dode beste vriendin in de hoofdrol is haar eerste roman.

Harmen van Straaten - DJ in Wonderland

(Pimento, 2011) 

David John Coombs, die zichzelf DJ Coombs noemt, is mank en heeft een groeistoornis. Maar dat weerhoudt hem niet van zijn missie: het leiden van een snel en meeslepend leven. Alleen valt dat niet mee als je opgroeit in een vervallen en kitscherige kustplaats.

In een oude Spitfire die aan het begin van de pier op een houten toren staat, wacht DJ op zijn vriend Slimy (een puisterige crimineel in de dop), aan wie hij een onthullende mededeling wil doen. Tijdens het wachten overdenkt hij de wereld en de mensen om hem heen, zoals zijn dickensiaanse familie met opmerkelijke types als opa Augurk, overgrootvader Sleepvoet en diens echtgenote oma Ezelientje. Hij mijmert over God, het armetierige en ingedutte plaatsje waar hij woont, en Kate, een meisje dat haar charmes breed uitvent.

Het hele verhaal speelt zich af in een paar uur tijd, dat wil zeggen van de namiddag tot even na middernacht. Van Straaten maakt veel gebruik van vooruitwijzingen en terugblikken. Zo lezen we in de proloog over een felle brand die de pier geheel zal verwoesten, een gebeurtenis die pas aan het eind van de geschiedenis werkelijkheid wordt.

Het is bepaald geen doorsnee geschiedenis, deze bijna on-Hollandse jeugdroman die in 2003 voor het eerst werd uitgegeven onder de titel Wonderland. Stilistisch en compositorisch buitengewoon sterk. Een verhaal met ontegenzeggelijk literaire kwaliteiten dat hogere eisen stelt aan de leeservaring van de lezer, wil die het boek op de juiste wijze weten te waarderen. De auteur schreef en illustreerde al vele kinderboeken. Van Straatens schrijverschap begon in 1996 met de verschijning van Piraten, waarvan dit jaar (2011) de twaalfde druk verschijnt. Vorig jaar (2010) verscheen Sydney, een boek dat unaniem lovend werd ontvangen. Van zijn zelfgeschreven boeken zijn er sindsdien in Nederland circa 800.000 verkocht!

Marion van de Coolwijk - Actie!

(De Fontein, 2011) 

Voor de wat oudere leerlingen schreef Marion van de Coolwijk twee verhalen in de serie Topjob!, een reeks waarin jongeren op zoek zijn naar de ideale bijbaan. Eerder verscheen Tafel 7: 3 cola! 

In het tweede deel Actie! lezen we hoe hoofdpersoon Iris droomt van een doorbraak als actrice. Ze staat ingeschreven bij een castingbureau voor figurantenwerk, maar de rollen die ze krijgt aangeboden, hebben weinig om het lijf. Met haar vrienden van de theaterschool repeteert ze voor de première van een nieuw stuk. De getalenteerde Iris speelt daarin de hoofdrol.

Iris komt in problemen op het moment dat ze gevraagd wordt voor een filmrol. Het is weliswaar een unieke kans, maar het brengt haar wel in een lastig pakket. De regisseur van het theaterstuk dwingt haar namelijk een keuze te maken. Het is of het één, of het ander.

Iris besluit te gaan voor een carrière in de filmwereld. De acteurs met wie ze samenwerkt, lijken op het eerste gezicht buitengewoon sympathiek. Het duurt echter niet lang of Iris ondervindt dat de vriendschap met haar collega’s op de filmset heel betrekkelijk is. Gedesillusioneerd verlangt ze terug naar haar oude echte vrienden van de theaterschool. Willen die nog van haar weten nu ze zo hoog heeft opgegeven over haar filmwerk?

Ook in dit boek weer bijzondere hoofdstuktitels, ditmaal titels van films die in meer of mindere mate kunnen worden gelinkt aan de verhaalgebeurtenissen. De verhalen in de serie Topjob! laten zich vooral ook door de flitsende dialogen en het toegankelijk taalgebruik vlot lezen. Jongeren worden al snel gegrepen door de herkenbare gebeurtenissen en kunnen zich snel en makkelijk identificeren met de verhaalfiguren.

Schrijfster Marion van de Coolwijk (1959, Amsterdam) schreef meer dan tweehonderd boeken die door jongens en meisjes worden verslonden. Met MZZLmeiden werd ze in 2007 genomineerd voor de Prijs van de Jonge Jury. Ook Tafel 7: 3 cola! doet mee als kerntitel voor de Jonge Jury 2012.

Sally Gardner - De Zilveren Bliksem

(Van Goor, 2011)

Parijs, 1794. De Revolutie woedt hevig en het terroristische bewind is op zijn hoogtepunt. Koning Lodewijk XVI en zijn vrouw zijn onthoofd. Duizenden mensen, in meer of mindere mate verdacht van contrarevolutionaire ideeën, worden terechtgesteld en verliezen hun hoofd onder de guillotine. Iedereen die ook maar een beetje verbonden is met het koningshuis, heeft het land allang verlaten of is gestorven. De rest wil vluchten.

De geruchten gaan dat een man, genaamd 'De zilveren bliksem' kan helpen. Velen snakken naar zijn hulp. Alleen weet niemand wie hij is. De ware identiteit van de mysterieuze held is Yann Margoza, een jongen van zigeunerkomaf. Hij beschikt over bijzondere talenten, gaven die hem in staat stellen zijn tegenstanders telkens weer te misleiden.

Hij opereert vanuit een Variété-theater in Parijs en weet zich gesteund door een select gezelschap intimi, dat elke actie in het diepste geheim voorbereidt. De vraag is echter of Yann sterk genoeg is weerstand te bieden aan de boosaardige graaf Kalliovski. Deze verpersoonlijking van het kwaad zet alles in het werk Yann te beroven van zijn magische krachten. Hij verschuilt zich met een hellehond en enkele duivelse wezens en helpers in de catacomben.

Yanns wereld stort volledig in wanneer hij verneemt dat Kalliovski zijn vader is. Kalliovski’s boosaardige plannen lijken te slagen wanneer hij in het bezit komt van wat Yann het meest dierbaar is: zijn grote liefde Sido de Villeduval, dochter van de vermoorde markies de Villeduval. Zij leek veilig bij haar tante en oom in Londen, maar niets is minder waar. In opdracht van de graaf is zij ontvoerd naar Parijs.

De zilveren bliksem is het vervolg op De rode halsketting (2008), maar is prima zelfstandig te lezen. Het verhaal is een mix van historische feiten en fantasy en bevat tal van mythische elementen. Centraal staat de strijd tussen goed en kwaad met een zoon (Yann) die als een soort van uitverkorene de strijd aanbindt met zijn vader, het kwaad, daarbij geholpen door de geest van zijn overleden moeder Anis. Gardner kan voortreffelijk schrijven en houdt de vaart er na een buitengewoon nieuwsgierig makende proloog flink in.

De geschiedenis verveelt geen moment, is meeslepend en ontroert met name ook in de verhaallijn over de onmogelijke liefde tussen de eenvoudige zigeunerjongen Yann en de adellijke Sido.

Ik heb genoten van deze jeugdroman!

Annabel Pitcher - Mijn zus woont op de schoorsteenmantel

(Pimento, 2011)

Mijn zus Rose woont op de schoorsteenmantel. Nou ja, stukjes van haar dan. Drie vingers, haar rechterelleboog en haar knieschijf liggen begraven op een begraafplaats in Londen. Mijn ouders kregen heel erge ruzie toen de politie delen van haar had gevonden. Mam wilde een graf waar ze naartoe kon. Maar pap wilde een crematie en de as in zee strooien.

Deze eerste zes zinnen van de debuutroman van Annabel Pitcher maken onmiddellijk indruk en nodigen absoluut uit om verder te lezen. Wie dat doet, komt niet bedrogen uit. Mijn zus woont op de schoorsteenmantel is het beste boek dat ik de laatste tijd heb gelezen en ik voorspel deze Young Adultroman een grote toekomst!

Waar gaat het verhaal over? Jamie woont in Londen. Hij is vijf jaar oud als zijn tienjarige zus Rose bij een terroristische aanslag door moslimextremisten om het leven komt. Sindsdien is er weinig over van het ooit zo gelukkige gezin. Vijf jaar later is zijn vader aan de drank en gevlucht uit Londen. Zijn moeder is er met een andere man vandoor, nota bene haar therapeut uit de praatgroep. Zijn oudere zus Jasmine, tweelingzus van Rose, lijdt aan anorexia. Het enige lichtpuntje in Jamies leven is zijn kat Roger. En Suneya, een moslimmeisje in zijn nieuwe klas. Maar na de dood van Rose haat Jamies vader alles wat met moslims te maken heeft en Jamie moet zijn vriendschap met Suneya angstvallig geheimhouden.

De tweestrijd waarin de hoofdpersoon verkeert wordt door de schrijfster knap en geloofwaardig onder woorden gebracht. Kiest Jamie voor een openlijke omgang met Suneya, of blijft hij loyaal aan zijn vader die achter het gezicht van iedere moslim een terrorist ziet? Jamie hunkert naar aandacht en liefde van zijn moeder in een omgeving waar de huiselijkheid en geborgenheid van een ouderwets gezin ver te zoeken zijn. Maar zijn moeder hult zich in absoluut stilzwijgen. Ze stuurt Jamie per post wel een Spiderman-T-shirt voor zijn verjaardag dat hij vervolgens niet meer uittrekt, omdat zijn moeder het hem zelf moet hebben zien dragen. Uiteindelijk blijkt dat zij zelfs zijn verjaardag was vergeten en dat Jasmine in werkelijkheid de geefster is van het kledingstuk. In een ultieme poging de aandacht te trekken van zijn ouders haalt Jamie zijn zus Jasmine over samen mee te doen aan een talentenjacht, Britain’s Got Talent. Het is een actie met grote gevolgen … .

Door het dramatische onderwerp en de directe manier van vertellen worden jongeren door dit verhaal beslist geraakt. Zonder valse emoties, ingetogen en met veel gevoel voor humor geeft Pitcher een goed uitgewerkt psychologisch portret van Jamie. Een hartverscheurend, tragisch en bij vlagen ook hilarisch verhaal dat goed is voor beurtelings een lach en een traan. Een boek ook dat na lezing nog lang in je hoofd blijft zitten. Een geschiedenis met een hele bijzondere sfeer waarbij lezers niet snel zullen afhaken.

Ondanks de leeftijd van de hoofdpersoon (10) is dit boek toch vooral bedoeld en geschikt voor jongeren vanaf vijftien jaar. Auteur Annabel Pitcher studeerde Engelse literatuur aan de universiteit van Oxford en wilde altijd al schrijfster worden. Na haar studie was ze enkele jaren lerares, maar de drang om te schrijven bleef. Ze nam daarom ontslag en ging reizen. De aantekeningen die ze maakte in Peruviaanse bussen, in het Amazonegebied en in de schaduw van Vietnamese tempels vormden de basis voor Mijn zus woont op de schoorsteenmantel. Neemt u van me aan: we gaan nog veel van deze getalenteerde schrijfster horen!

Margaretha van Andel - Buitenstaanders

(Van Holkema & Warendorf, 2011)

Fabian en Rick zitten in dezelfde klas van het vwo. Ze hebben helemaal niets met elkaar en Fabian wil dat graag zo houden. Rick, die zich gedraagt als een echte macho, maakt Fabian uit voor flikker. 'Fabiolo', zo noemt hij hem in het bijzijn van al hun klasgenoten. Door een ongelukkig toeval worden de twee jongens tot elkaar veroordeeld. Als Fabian en zijn vader Jip in de zomervakantie verhuizen naar een vervallen flatgebouw blijkt Rick daar zijn nieuwe buurjongen!

In de weken die volgen, ontdekt Fabian dat Rick het thuis niet makkelijk heeft. Hij wordt geterroriseerd door een stiefvader met losse handjes (de mepper) en hij kan niet vertrouwen op de steun van zijn moeder die het steeds weer opneemt voor haar vriend. Geleidelijk raakt Fabian meer en meer betrokken bij de problemen van Rick en tussen de jongens ontstaat een voorzichtige vriendschap. 

Gedurende een werkweek naar Berlijn loopt deze vriendschap een fikse deuk op als Rick het aanlegt met Amna, het meisje waarop Fabian al maanden hevig verliefd is. Rick had moeten weten dat Fabian haar de avond voor de terugreis in een discotheek de liefde wilde verklaren! Hij snapt daarom niets van het gedrag van Rick. Pas als Rick wegloopt van huis, wordt langzaam maar zeker op een pijnlijke manier duidelijk wat er echt aan de hand is.

Buitenstaanders is een confronterend, snoeihard verhaal over twee jongeren aan de zelfkant van het leven. De wijze waarop de debuterende schrijfster de hoofdpersonen portretteert maakt indruk. De dialogen zijn sterk , het taalgebruik verzorgd. Alle woorden lijken op de juiste plaats te staan. Het grootste deel van het boek is geschreven vanuit het perspectief van Fabian. Rick maakt notities in een schrift en deze handgeschreven aantekeningen vinden we overal in de geschiedenis terug. Ze geven een goed beeld van de innerlijke strijd van de hoofdpersoon. Ze maken het verhaal bovendien spannend, omdat ze bij de lezer vragen oproepen. Wie is bijvoorbeeld Lieke? En wat is Rick precies van plan? Ontroerend is de wijze waarop de bijzondere relatie tussen Fabian en Jip wordt beschreven. Wie wenst zich niet zo’n fijne vader? Het maakt het contrast met de thuissituatie van Rick alleen maar groter! Het slot maakt uiteindelijk veel duidelijk en komt toch nog onverwacht in die zin dat je je als lezer langere tijd op het verkeerde been voelde gezet. Een mooi boek, geschikt voor jongeren van veertien jaar en ouder.

Derk Visser - Prikkeldraad

(Gottmer, 2011)

Chelsea, (vijftien jaar oud) heeft bepaald geen makkelijk leven. Haar ouders runnen een café, maar de zaken gaan slecht. Na invoering van het rookverbod gaat het bedrijf failliet en de relatie tussen haar ouders verslechtert zienderogen. Ze maken veel ruzie en waar Chelsea’s vader afleiding zoekt in overmatig drankgebruik vindt haar overspelige moeder troost bij de buurman, nota bene de vader van Jennifer, Chelsea’s beste vriendin.

Jewel, de oudere zus van Chelsea, is een losbol. Haar vriend dient in Afghanistan, maar Jewel vermaakt zich prima met Duncan Douma, een loodgieter, die op zijn beurt flirt met Chelsea tot hij haar verkracht.

Tot overmaat van ramp krijgt Chelsea’s vader een ernstig ongeluk. Tijdens één van de vele ruzies valt hij van de trap in het portiek voor het huis. Hij wilde nu juist voorkomen dat Chelsea, die haar enkel verzwikte, viel maar hij verloor daarbij zelf het evenwicht en stortte naar beneden. Met fatale gevolgen! In comateuze toestand wordt hij in het ziekenhuis in leven gehouden.

Chelsea voelt zich schuldig. Het wordt haar allemaal teveel! Alles en iedereen lijkt zich van haar af te keren. Ze loopt weg en zoekt onderdak bij Mickey Dielemans, de jongen die haar op de basisschool altijd prikkeldraad gaf. Haar vroegere vijand is de enige persoon bij wie ze zich geborgen voelt, ook al is Mickey een beetje simpel en ziet ze niets in zijn plannen om van haar een beroemde zangeres te maken. 

Wat kan die Derk Visser schrijven, zeg! Met de precisie van een chirurg ontleedt hij zijn verhaalfiguren tot op het bot. Genadeloos legt hij alle rauwe en scherpe kantjes van hun innerlijk bloot en onthult hij de verborgen angsten en onzekerheden van de ik-persoon. Stilistisch klopt het allemaal. Elk woord staat op de juiste plek. De dialogen zijn van grote klasse. Rauw, vaak heftig, maar in ieder geval intens en levensecht. Kippenvel!

Jenny Valentine - Het dubbelleven van Cassiel Roadnight

(Moon, 2011)

Chap (16) leidt als probleemjongere een zwervend bestaan. Vanaf zijn tiende levensjaar belandde hij in verschillende tehuizen tot hij twee jaar geleden koos voor een anoniem bestaan op straat. Van zijn verleden weet hij niet meer dan dat hij samenwoonde met ‘opa’ in een huis met dertien kamers. ‘Opa gebruikte er maar één.’ Opa, een zonderlinge man, was gelukkig met zijn whisky. Hij hield Chap thuis van school en bracht hem zelf belangrijke levenslessen bij. ‘Hoe kon dat nou geen plek voor een kind zijn? Hoe konden ze dat zeggen? Wat wisten zij ervan?’ Zij, ‘de godvergeten bemoeials’, die hem na een ongeluk van opa weghalen uit het huis.

Het leven van Chap krijgt een onverwachte wending op het moment dat hulpverleners hem aanzien voor de sinds twee jaar vermiste Cassiel Roadnight. Chap laat het gebeuren, kiest voor een identiteitswissel in de hoop zo uitzicht te krijgen op een betere toekomst. ‘En als ik Cassiel Roadnight was, zei de gedachte, zou ik mezelf niet meer hoeven te zijn, wie dat ook was.’ Chap wordt ‘herenigd’ met zijn familie. De gelijkenis met Cassiel is blijkbaar zo groot dat zelfs zijn familieleden het bedrog niet doorhebben. En zo krijgt Chap er van het een op het andere moment een broer (Frank), een zus (Edie) en een moeder (Helen) bij. Iedereen is blij met zijn thuiskomst en hij wordt omringd met liefde, aandacht en warmte. Chap kan er maar niet van genieten, bang als hij is dat de waarheid uiteindelijk aan het licht komt.

Het lijkt allemaal té mooi om waar te zijn en dat is het ook, want na een ontmoeting met een zekere Floyd doemen er spoken op uit Cassiels verleden. Cassiel is niet voor niets vermist: hij zou zijn vermoord door Frank. Hij wist dingen over zijn broer die het daglicht niet konden verdragen. Frank moet dus weten van de identiteitswissel, maar hij heeft Chap nodig om de moord op zijn broer te verhullen. Diens dubbelganger vormt voor hem een perfect alibi!

Dat Valentine goed kan schrijven bewees ze al met Op zoek naar Violet Park en Gebroken soep. Ook in dit buitengewoon spannende verhaal laat ze zich van haar beste kant zien. De spanning zit ‘m niet alleen in het gegeven dat je verwacht dat het bedrog van Chap elk moment uit zal komen. Op een geraffineerde manier, heel subtiel, geeft ze beetje bij beetje informatie vrij over de verdwijning van de echte Cassiel. En dan is er natuurlijk het mysterie over het verleden van Chap zelf. Wie is deze jongen? Niets is wat het lijkt in deze thriller. Dat geldt ook voor de hoofdpersoon en verhaalfiguren als de zonderlinge Floyd, glamourboy Frank en de bezorgde Edie.

De geschiedenis kenmerkt zich door een zorgvuldige compositie en vormt psychologisch een doordacht geheel. De plot is sterk en verrassend. Kortom, een fascinerend leesboek waarbij je je werkelijk geen moment verveelt!

Annemarie Bon - Niets meer te verliezen

(Van Holkema & Warendorf, 2011) 

In het jaar 1629 maken de bewoners van het katholieke Den Bosch spannende tijden door. Piet Hein (inderdaad, die van ‘zijn naam is klein’) had zojuist met de verovering van de Spaanse Zilvervloot een fortuin voor de Republiek verworven. De gelden kwamen Stedenbedwinger Frederik Hendrik goed van pas in zijn strijd tegen Spanje. Na een intensief beleg slaagden de protestantse geuzen er in de ‘moerasdraak’ te verslaan, zoals ’s-Hertogenbosch toentertijd werd genoemd vanwege haar strategische ligging bij een moerasgebied.

De twee belangrijkste verhaalfiguren Freek en Hella (16 jaar oud) hebben een totaal verschillende achtergrond. Hij is een stedeling uit het noorden (Leiden). Op zoek naar werk sluiten Freek en zijn beste vriend Willem zich aan bij het geuzenleger dat voorbereidingen treft voor de belegering van Den Bosch. Zij is een boerendochter uit Gemonde, een dorp in de directe nabijheid van Den Bosch. De stad valt na een felle strijd, een oorlog die feitelijk alleen verliezers kent. Freek en Hella raken alles kwijt wat hen lief is, hebben niets meer te verliezen. Maar het lot brengt ze samen en in het slot lijkt er weer een toekomst te gloren.

Geschiedenis saai? Helemaal niet! Wie dat roept, moet dit indringende verhaal van Annemarie Bon lezen. Wijlen Thea Beckman en Simone van der Vlugt, de specialisten op het terrein van het historische jeugdverhaal, hebben er een geduchte concurrente bij gekregen. Niets meer te verliezen is een uitstekend geschreven verhaal dat garant staat voor heel wat uurtjes leesplezier. Ongemerkt brengt het de lezer bovendien veel kennis bij over een belangrijke periode in de vaderlandse geschiedenis. Uitstekend gedocumenteerd verhaalt Bon over het beleg van Den Bosch, maar ook over het dagelijks leven van onze voorouders in de zeventiende eeuw. Een vondst is het wisselend perspectief waarmee het mogelijk wordt dat de lezer zich identificeert met meerdere verhaalfiguren. Dankzij de ruime aandacht die er is voor de gedachten en gevoelens van Freek en Hella komen deze personen los van het papier, gaan ze echt voor je leven. Hun keuzes komen geloofwaardig en voldoende overtuigend over. De lezer voelt hun emoties, leeft intens met hen mee. Het verhaal is spannend, meeslepend en heeft een (hoopvol) open einde zodat je zelf kunt verzinnen hoe het verder gaat.

Middelbare scholieren mogen hopen dat hun leraar geschiedenis net zo bevlogen, onderhoudend en boeiend weet te vertellen over de Tachtigjarige Oorlog als Annemarie Bon dat doet. En anders moet die docent maar voorlezen uit Niets meer te verliezen. Maar jongeren van veertien jaar en ouder moeten het boek toch vooral zelf lezen!

donderdag 18 augustus 2011

Francisco X. Stork - De laatste zomer van de Krijgers des Doods

(Lemniscaat, 2011) 

 Pancho (17) is kwaad op alles en iedereen. Zijn vader liet het leven bij een ernstig bedrijfsongeval. Kort daarop overlijdt zijn oudere zus Rose. Rose had verstandelijke beperkingen en ze is dood aangetroffen in een motelkamer. Volgens de patholoog is de doodsoorzaak niet precies vast te stellen, maar er is niets dat wijst op een misdrijf. Pancho weigert dit te geloven. Alleen op de wereld wordt hij als minderjarige onder toezicht gesteld en opgenomen in een pleeggezin. Zijn onaangepast gedrag geeft al snel problemen. Na een flinke vechtpartij met de zoon des huizes belandt hij in St. Anthony’s, een weeshuis dat wordt geleid wordt door een geestelijke: pater Concha. Daar ontmoet hij leeftijdsgenoot Daniël Quintin (D.Q.), een jongen met kanker. Alsof het de gewoonste zaak van de wereld is, claimt D.Q. Pancho. ‘Ik ben je vakantiebaantje. Je wordt mijn buddy. Je gaat met me mee naar mijn behandelingen. Je wordt mijn metgezel.’ Pancho laat het gebeuren, gestimuleerd ook door de pater die hem voor zijn hulp zelfs een financiële vergoeding in het vooruitzicht stelt. Maar ondertussen kan niets hem afleiden van het doel dat hij zichzelf gesteld heeft. En dat is wraak op de moordenaar van Rose. Want Pancho is er zeker van dat zijn zus om het leven is gebracht. Bij het leeghalen van de trailer waarin hij woonde, vindt hij het dagboek van Rose. De teksten bevatten sterke aanwijzingen dat zij haar laatste levensdag doorbracht in het bijzijn van een klusjesman uit Albuquerque. Die wil Pancho opsporen. Terwijl Pancho broedt op zijn wraakplan, zit D.Q. vol levenslust. Hij schrijft het ‘Manifest van de Krijger des Doods’, een filosofisch plan om alles, maar dan ook werkelijk alles uit het leven te halen. Zoals de schrijver Henry David Thoreau het benoemde in zijn boek Walden: ‘Ik wilde het leven diep doorleven en alle merg eruit zuigen …’. Zijn ideaal is dat Pancho en hij leven volgens de beginselen van genoemd Manifest. Samen met D.Q. reist Pancho af naar een ziekenhuis in Albuquerque. D.Q. zal er op voorspraak van zijn moeder een experimentele behandeling ondergaan. Daarna volgen twee weken van herstel in Casa Esperanza, een huis voor externe patiënten. D.Q. verheugt zich op het weerzien met één van de vrijwilligers: Marisol. Zij is het meisje van zijn dromen. Het komt Pancho allemaal goed van pas, want hij weet dat hij nu niet ver meer is van de moordenaar van Rose en zijn wraakplannen krijgen steeds vastere vormen.

Francisco X. Stork, de auteur van het succesvolle Marcelo en de echte wereld (Lemniscaat, 2010) putte voor zijn nieuwe roman inspiratie uit zijn eigen leven, namelijk dat van een Amerikaanse jongen van Mexicaanse afkomst, die een ogenschijnlijk hopeloos leven leidt in een woonwagenkamp. Wat kan die man toch geweldig schrijven! 

Ook deze Young Adult-roman is wederom van eenzame klasse. De twee hoofdpersonen worden door hem geweldig geportretteerd en het duurt niet lang of je hebt ze als lezer in je hart gesloten. De jongens zijn in alles elkaars tegenpolen. D.Q. is slim, filosofisch ingesteld en kind van vermogende, hoogopgeleide ouders. Pancho is wat trager van begrip, zoon van een arbeider, Mexicaan en hij heeft een gewelddadige inslag. Het is intrigerend te lezen hoe deze twee verschillende karakters elkaar vinden en hoe zich geleidelijk een bijzondere vriendschap ontwikkelt. De pater weet het in een gesprek met Poncho goed te verwoorden. ‘Het is niet makkelijk om betrokken te raken bij iemand in D.Q.’s situatie (…) iemand die heel erg zijn best doet doelbewust te leven.' D.Q. is terminaal en de experimentele medicijnen en de chemo slopen hem. Maar hij leeft naar één van de voornaamste principes van zijn Manifest en wel deze: niet zeuren! Dat houdt hij wonderbaarlijk lang vol totdat blijkt dat Marisol niet meer dan vriendschappelijke gevoelens voor hem heeft. Lichamelijk voelt ze zich juist aangetrokken tot Pancho. Vanaf dat moment gaat het met D.Q.’s gezondheid snel bergafwaarts.

De geschiedenis bevat talloze filosofische beschouwingen die je als lezer aan het denken zetten. Het knappe is dat ze nergens de vaart uit het verhaal halen. Bijna nergens, want in het laatste deel schiet Stork mijns inziens door. Hij laat D.Q. gedurende een therapeutische healing bij een kampvuur mijmeren over dimensies. Het gaat Pancho boven zijn pet, maar ook de lezer raakt hier het spoor enigszins kwijt. Maar alles bij elkaar is deze nieuwste van Francisco X. Stork toch een wonderschoon, onvergetelijk verhaal, een boek met onmiskenbaar literaire kwaliteiten. We mogen hopen dat die man nog lang niet is uitgeschreven!

Lauren DeStefano - Verwelken

(Van Holkema & Warendorf, 2011)

Verwelken speelt zich af in de toekomst. De wereld is als gevolg van een allesverwoestende Derde Wereldoorlog ingrijpend veranderd. De continenten bestaan niet meer, zijn verzonken in de oceanen. Alleen Noord-Amerika heeft zich staande gehouden.

Een hoog ontwikkelde technologische beschaving maakte het mogelijk dat de bevolking immuun werd voor kanker en andere ziektes. De wetenschap perfectioneerde de voortplanting en bracht een generatie sterke kinderen voort, bijna onsterfelijk. Wat niemand echter had voorzien, was dat deze robuuste generatie niet in staat bleek haar goede genen door te geven aan het nageslacht. Terwijl de eerste generatie floreerde, ging er iets heel erg mis met hun kinderen en de kinderen van hún kinderen. Die worden gezond geboren, maar blijken een zeer beperkte houdbaarheid te hebben. De levensduur voor mannen stopt bij 25 en voor vrouwen al bij 20 jaar! Sindsdien is de eerste, gezonde generatie koortsachtig bezig een medicijn te ontwikkelen dat het dodelijk virus kan onderdrukken. Geen middel wordt geschuwd. In opdracht van rijke families verdienen Verzamelaars hun geld met het oppakken van potentiële bruiden die verkocht worden om nieuwe kinderen te baren. Deze kinderen belanden net als hun jong overleden moeders op snijtafels in de hoop een antiserum te vinden.

Rhine Ellery, de zestienjarige hoofdpersoon, reageert op een advertentie waarin jonge vrouwen voor veel geld worden overgehaald beenmerg af te staan ten behoeve van medisch onderzoek. Het blijkt een valstrik. Samen met nog vijftien vrouwen wordt Rhine gekidnapt en opgesloten in een vrachtwagen. Drie van hen, waaronder Rhine, worden uitgekozen. Haar bijzondere ogen (het linker blauw en het rechter bruin) vallen blijkbaar bij de ontvoerders in de smaak. De overige vrouwen worden teruggedreven in de vrachtwagen en dertien geweerschoten laten geen enkele twijfel bestaan over hun lot. Rhine en haar lotgenoten Jenna en Cecily worden vervolgens gedrogeerd en in bewusteloze toestand overgebracht van het grootstedelijke Manhattan naar een idyllisch landgoed in Florida. Daar worden ze gedwongen te trouwen met de 21-jarige Huisheer Linden Ashby.

Rhine heeft slechts één doel voor ogen. Ze is vast van plan te ontsnappen, ook al valt haar echtgenoot best mee en blijkt hij een zachte, gevoelige man. Maar Rhine vergeet niet dat ze onder dwang in deze ongewenste situatie is beland en ze verlangt hevig naar thuis en naar Rowan, haar tweelingbroer. Daar komt bij dat zich in de kelders van het grote landhuis praktijken afspelen die te gruwelijk zijn voor woorden, zaken waar de hardvochtige meester Vaughn, de vader van Linden meer van weet.

Al direct in het eerste hoofdstuk raak je gevangen in het verhaal en kun je niet meer stoppen met lezen. Verwelken ademt een sfeer van avontuur, dreiging, maar ook romantiek en intimiteit. Boeiend zijn de fragmenten waarin de drie ‘zustervrouwen’, verschillend als ze zijn, nader tot elkaar groeien. Psychologisch zit het goed in elkaar en het geeft de geschiedenis de nodige diepgang. Het perspectief ligt geheel bij Rhine. Met al haar emoties en onzekerheden maakt ze als hoofdpersoon een authentieke indruk. Een zelfbewuste, stevige en onafhankelijke vrouw met een scherp observatievermogen die verdraaid goed weet wat ze wil. De overige personages komen jammer genoeg minder goed uit de verf. Zo blijft de bediende Gabriel qua persoon en karakter nogal oppervlakkig en dat is jammer, want hier viel voor de auteur absoluut winst te behalen. En misschien was Linden als verhaalfiguur interessanter geworden wanneer De Stefano hem wat minder zachtaardig had geportretteerd. Het is per slot van rekening moeilijk te geloven dat hij zich voortdurend schikt in de afwijzingen van Rhine en haar zelfs na afloop van een vrij intiem nieuwjaarsfeest de ruimte geeft om alleen naar haar kamer te gaan.

Dat alles neemt niet weg dat De Stefano zich in deze fantasyroman ontpopt tot een begaafd vertelster. Met krachtige pennenstreken zet zij in dit debuut een duister, meeslepend verhaal neer dat spannend blijft tot en met de laatste bladzijde en dat smaakt naar meer. Liefhebbers worden op hun wenken bediend, want er zijn nog twee delen in deze Chemical Garden Trilogy in voorbereiding. Alweer een trilogie? Jazeker, maar dan wel één van de betere soort! Geen hoogstaande literatuur, maar zonder enige twijfel wel een verhaal met leesbevorderende elementen, geschreven voor een breed publiek. Nee, die Lauren De Stefano, gaat het helemaal maken en het zou mij niets verbazen wanneer ze binnenkort ook nog de filmrechten verkoopt voor dit aanstekelijke verhaal. Wat mij betreft een absolute aanrader voor lezers van vijftien jaar en ouder. Op YouTube is een prikkelend promotiefilmpje te bekijken: klik hier.

Carry Slee - Joël

(FMB Uitgevers, 2011)

Luna (een studente aan de kunstacademie), Eva (studente psychologie), Fleur (studente opleiding school voor de journalistiek) en Nathalie (opleiding vakfotografie) bewonen een studentenhuis in het hartje van Utrecht. De meiden zijn vriendinnen en het komt hard aan wanneer Luna na een ongelukkige val uit het dakraam van haar kamer overlijdt. Met name Eva die nog het dichtst bij Luna stond, vindt het lastig haar verdriet een plek te geven. Ze wil niet geloven dat er sprake was van een ongeluk en ze heeft ernstige verdenkingen in de richting van Luna’s ex-vriend Remco. Het zou zo maar kunnen dat hij de hand had in haar dood. Remco is opvliegend van aard en hij had grote moeite met het feit dat hij kort voor Luna’s dood werd afgeserveerd, nadat zijn vriendin hem bekende lesbische gevoelens te hebben. Remco maakt zich bovendien verdacht, omdat hij anders dan wat hij een ieder heeft doen geloven kort voor Luna’s dood nog contact met haar had gezocht. Het bewijs vindt Eva terug in de lijst van inkomende oproepen op Luna’s mobiel. Kort na een bezoek van Remco aan Eva is de telefoon plots verdwenen! Ook Remco’s alibi op het tijdstip van Luna’s dood blijkt bij nader inzien niet te kloppen. Remco lijkt Eva steeds dichter op de huid te zitten. Eva voelt zich niet langer veilig en ze heeft grote moeite met het feit dat haar vriend Bart haar niet begrijpt en haar onvoldoende steunt. De twee groeien uit elkaar en de verwijdering is definitief wanneer Eva toegeeft aan de avances van Arthur, een studiegenoot die haar al langer adoreert en het volste begrip toont.

Ondertussen verwerken Nathalie en Fleur hun verdriet, ieder op hun eigen manier. Nathalie heeft de Amerikaanse Jim leren kennen op het Norh Sea Jazz Festival. Hij is gitarist en er ontstaat een innige relatie tussen de twee. Een geldprijs in een loterij stelt Nathalie in staat af te reizen naar haar geliefde in Los Angeles. Fleur verheugt zich op een stageplaats die haar wordt aangeboden in het verre Afrika. Daar kan ze het verleden hopelijk achter zich laten.

In een tweede verhaallijn lezen we over de tragische jeugd van Joël, een genderkind dat opgroeit in een dorpje in Zeeland in een verstikkend streng gereformeerd milieu. Joël ontdekt, aanvankelijk min of meer aangemoedigd door een vriendje, dat hij zich nog het meest prettig voelt in vrouwenkleding. Datzelfde vriendje maakt hem later tegenover zijn klasgenoten onsterfelijk belachelijk en als hij op een onbewaakt moment in de badkamer door zijn moeder wordt betrapt in een jurk van zijn zus zijn de rapen helemaal gaar. Zijn ouders tonen geen enkel begrip en in de jaren die volgen, ziet Joël zich verplicht zijn vrouwelijke gevoelens zoveel mogelijk te verstoppen. Maar verdwijnen doen ze niet en het is dankzij de lesbische Kim, een meisje met wie Joël vriendschap sluit gedurende de middelbare schoolperiode, dat het leven nog enigszins draaglijk is. Kim maakt het mogelijk dat Joël langzaam maar zeker uit zijn schulp kruipt.

Het verhaal van Joël werd door Slee opgetekend in de vorm van handgeschreven anonieme brieven aan het adres van Luna. Ze worden gevonden door de nieuwe bewoonster van de kamer van Luna onder de vloer. Als Eva ze in handen krijgt, is het haar een raadsel wie de afzender is en ze vraagt zich af of de brieven wellicht iets met Luna’s dood te maken hebben.

In het slot van het boek komen beide verhaallijnen op een onverwachte manier samen en zal blijken dat de lezer langere tijd door Slee op het verkeerde been werd gezet. Voor wie van plan is het boek te lezen, vertel ik er daarom niets over. Ik zou zeggen: laat je verrassen. Wel wil ik kwijt dat het mij verbaast waarom de brievenschrijver (Joël) in dit digitale tijdperk (Slee hield haar boek op 11 juli ten doop tijdens een voorleessessie voor genodigden op het Amsterdamse hoofdkantoor van Hyves!) al zijn bekentenissen heel ouderwets op papier zette. En het werd mij ook niet duidelijk waarom die stukken nu perse bewaard moesten worden in Luna’s kamer!

Slee spreekt als geen ander de taal van jongeren. Ze geeft een aardige beschrijving van het studentenleven in een toegankelijk verhaal waarin zelfs Derek Ogilvie nog voorbij komt! De uitgever presenteerde het boek als Young Adult roman, een etiket dat de uitgave ook nadrukkelijk meekreeg op de voorzijde van het omslag. Wat mij stoort, is dat het genre Young Adult in toenemende mate wordt misbruikt en door uitgevers op een verkeerde wijze wordt geëxploiteerd. In mijn optiek zou het hier moeten gaan om cross-overromans, boeken waarvan het literatuuronderwijs in de bovenbouw van het voorgezet onderwijs kan profiteren, omdat ze de kloof tussen de jeugdboeken en de volwassenenliteratuur helpen overbruggen. Geen kinderachtige boeken dus, maar knap geconstrueerde verhalen met ruim aandacht voor de gedachten en de gevoelens van de hoofdpersonen. Boeken die uitblinken in stijl en constructie en die eisen stellen aan de leesvaardigheid van de leerling, hem uitdagen en zodoende een goed hulpmiddel vormen bij de verdere ontwikkeling van diens literaire competenties. Toegegeven, Joël is op zich best een aardig verhaal en het zal lezers in de leeftijd van 15 jaar en ouder ongetwijfeld bekoren. Maar het boek mist toch absoluut de diepgang en de goed uitgewerkte psychologische portretten, zoals we die bijvoorbeeld wel terugvinden in het recent verschenen Rosie en Skate van Beth Ann Bauman. Dát is toch echt andere kost! Wat mij betreft is de tijd rijp voor een goede definiëring en afbakening van het begrip Young Adult zodat er een eind komt aan de huidige wildgroei!

Ruta Sepetys - Schaduwliefde

(Moon, 2011)

Lina Vilkas (15 jaar oud) is de dochter van een Litouwse professor. Op 14 juni 1941 komt er abrupt een eind aan het zorgeloze bestaan dat ze met haar broertje Jonas (10) heeft. Eerst keert haar vader Kostas niet terug van zijn werk. Dan, in de vroege avond, vallen leden van de Russische geheime politie, de NKVD, het ouderlijk huis binnen. Lina, haar broertje en haar moeder Elena hebben twintig minuten tijd om enkele bezittingen in te pakken. Vervolgens worden ze met bruut geweld afgevoerd naar een verzamelplaats bij het treinstation in hun woonplaats. Van daaruit worden ze samen met nog heel veel andere Litouwers als vee in een wagon op transport gezet naar een vooralsnog onbekende bestemming.

Het menselijk leed is onnoemelijk groot. Een jonge vrouw verliest haar pasgeboren baby en uiteindelijk ook haar verstand. Ze wordt door een commandant door het hoofd geschoten. Als Lina tijdens een korte stop stiekem op onderzoek uitgaat, ontdekt ze in een andere trein haar vader. Ze ziet kans enkele woorden met hem te wisselen. Het is de laatste keer dat ze hem spreekt.

Gedurende de reis leert Lina haar reisgenoten beter kennen. Ze sluit vriendschap met de zeventienjarige Andrius die zich met zijn moeder in dezelfde wagon bevindt. De reis eindigt vooralsnog in het Siberische werkkamp Altaj. Daar worden alle gevangenen onder strenge bewaking op het land aan het werk gezet. De NKVD probeert hen over te halen een document te ondertekenen waarin staat dat ze zich schuldig hebben gemaakt aan contrarevolutionaire activiteiten waarop een straf van liefst vijfentwintig jaar staat. Lina en haar familie weigeren te tekenen, maar er zijn gevangenen die bezwijken onder de druk.

Na bijna negen maanden worden de uitgemergelde en sterk verzwakte Lina, Jonas en Elena opnieuw op transport gezet. Hun lijden wordt nog groter als blijkt dat de eindbestemming Trofimovsk is, het meest noordelijke punt van de noordpoolcirkel, vlak bij de Noordpool. De winter die nog moet komen maakt heel veel slachtoffers. Ook Elena Vilkas komt te overlijden. De lijken voor de zelfgemaakte hutten stapelen zich op. Op een moment dat de wanhoop het grootst is, is er dan toch een lichtpunt. Het werkkamp krijgt onverwacht bezoek van dokter Samodurov, een inspectieofficier die dreigt een belastend rapport op te stellen voor het tribunaal. De NKVD’ers worden zo – tijdelijk - gedwongen de omstandigheden voor de gevangenen te verbeteren.

Het verhaal is geheel geschreven vanuit het perspectief van Lina. Vlak voordat ze door de Sovjetpolitie wordt opgepakt, was ze toegelaten tot de kunstacademie. Ze gebruikt haar tekentalent om te overleven. Lina legt in het diepste geheim alle gruwelijke ervaringen vast op papier dat ze in de voering van haar koffer mee smokkelt en dat ze zo nu en dan krijgt van medegevangenen. Ze heeft een afspraak met haar vader. Lina kan hem helpen haar te vinden door een spoor van anonieme schetsen achter te laten. Haar vader zal haar werk herkennen, zoals ook Lina de kunst van haar favoriete kunstenaar Munch overal onmiddellijk herkent. De gedachte haar vader terug te vinden blijkt uiteindelijk ijdele hoop. Via een bewaker in Trofimovsk hoort ze dat hij zou zijn gefusilleerd in een gevangenis in Krasnojarsk.

Schaduwliefde is wat mij betreft nu al een monument. Het is het debuut van Ruta Sepetys en werd direct in 26 landen uitgebracht. Sepetys is geboren in het Amerikaanse Michigan. Als dochter van een Litouwse vluchteling is ze altijd geïnteresseerd geweest in haar Litouwse verleden. De Baltische staten Estland, Letland en Litouwen verdwenen onder de expansiedrang van het Sovjetregime in 1941 van de kaart om er pas in 1991 weer op terug te keren. Met haar proza geeft Sepetys in dit hartverscheurend, tragisch verhaal de honderdduizenden mensen die slachtoffer werden een stem. De gebeurtenissen maken behoorlijk indruk en laten de lezer niet onberoerd, geven absoluut ook de nodige stof tot nadenken. Er zijn immers nog altijd mensen die vanwege hun geloof, afkomst of politieke opvattingen worden achtervolgd en onderdrukt! De stijl van de auteur laat zich nog het best omschrijven als sober, strak, beeldend en met een grote zeggingskracht. Stilistisch, maar ook psychologisch en compositorisch is de geschiedenis van een eenzame klasse en dit Young Adult-verhaal is het daarom meer dan waard om ook door volwassenen gelezen te worden!

Siobhan Dowd - De weg

(Van Goor, 2011)

Holly Hogan wordt op jonge leeftijd opgenomen in Templeton House, een weeshuis in Londen. Ze leeft daar samen met ontspoorde tieners als Grace en Trim. Het zijn jongeren die steeds op zoek zijn naar de grenzen van het toelaatbare en daar geregeld overheen gaan. Het brengt Holly in problemen, zoals die keer dat ze wegliep en door de politie van straat werd gehaald. Voor straf belandde ze toen voor de duur van een maand in een gesloten afdeling van het tehuis. Holly toont weinig respect voor volwassenen. Ze noemt ze ‘hoza’s’, een zelfbedacht synoniem voor ‘hopeloze oude zakken’. De enige in wie Holly vertrouwen heeft, is Miko, een groepsbegeleider. Maar Miko vindt een andere baan en dus is het goed dat Holly mag gaan wonen bij pleegouders. Vlak voordat Miko vertrekt, laat hij Holly weten dat ze het niet moet verpesten, zoals ze dat deed in een vorig pleeggezin.

Holly verhuist naar de wijk Tooting Bec, naar Mercutia Road. Het echtpaar Fiona en Ray Aldridge omringt Holly met goede zorgen. Maar Holly is er nog niet klaar voor om deel uit te maken van een normaal gezinsleven. Er spoken voortdurend beelden door haar hoofd uit een vorig leven toen ze nog woonde bij haar Ierse moeder. Een pruik van Fiona zorgt voor een metamorfose. Met de blonde, glanzende lokken voelt Holly zich in plaats van veertien zeventien jaar oud. Ze is nu Solace, een stoere bad girl, en ze loopt weg. Solace is vast van plan haar moeder op te zoeken. Liftend reist ze via de lange A40-autobaan door Wales naar de kustplaats Fishguard. Daar wacht de pont voor de oversteek naar het geboorteland van haar moeder: Ierland.

De geschiedenis begint in het heden als Holly zich stiekem laat opsluiten in een terreinwagen van twee oudere mensen die staan te wachten voor een oversteek met de pont naar Ierland. Nadat de veerboot is uitgevaren verlaat het echtpaar het voertuig en raakt Holly in paniek, omdat de auto is afgesloten. Wat volgt is een lange terugblik die begint op het moment dat Holly wordt geplaatst bij de Aldridges en vervolgens wegloopt. Dit relaas wordt geregeld onderbroken door nieuwe, korte flashbacks naar de tijd dat Holly samenwoonde met haar moeder en de vriend van haar moeder. Langzaam maar zeker kom je er achter dat het beeld dat Holly in stand houdt van vroeger niet overeenstemt met de werkelijke gang van zaken. Holly heeft de herinneringen aan de tijd in de hemelflat, zoals ze het appartement op de hoogste etage noemt, niet voor niets verdrongen. Er hebben zich destijds hele nare zaken voorgedaan en het lijkt niet meer dan logisch dat Holly is opgevangen door jeugdzorg.

De zoektocht naar haar moeder is één lange roadtrip. Gedurende de reis ontmoet Holly, alias Solace, hoza’s die bij nader inzien best aardig zijn. De ontmoetingen dragen ertoe bij dat Holly geleidelijk afrekent met het verleden. Het is een lange weg, maar het er een die uiteindelijk leidt tot verlossing, als ze, met de eindhaven in zicht, durft af te rekenen met het verleden.

Siobhan Dowd, zelf van Ierse afkomst, rondde dit onvergetelijke verhaal (oorspronkelijke titel: Solace of the road) vlak voor haar dood (2007) af. ‘Het is bijna onverdraaglijk te weten dat het nu is afgelopen’, liet een recensent destijds weten in NRC Handelsblad. En het is waar. Wat is het toch eeuwig zonde dat deze getalenteerde schrijfster op 47-jarige leeftijd de strijd tegen een agressieve vorm van borstkanker verloor. Het leven had haar nog zoveel te bieden en we hadden nog zoveel mooie boeken van haar mogen verwachten. Nu moeten we het doen met de vier romans die ze naliet voor de jeugd. Maar het zijn dan ook stuk voor stuk juweeltjes: Een helle kreet (2007), Het reuzenradmysterie (2010), Het moerasmeisje (2010) en sinds kort De weg.

Dowd geeft een diepgravend, goed uitgewerkt psychologisch portret van de hoofdpersoon. Het verhaal ademt een hele bijzondere sfeer en het duurt niet lang of je hebt als lezer de ietwat rebelse Holly voorgoed in je hart gesloten. De geschiedenis is met al zijn terugblikken knap geconstrueerd, een compositie waarmee de auteur haar sublieme vakmanschap toont. De weg is zonder enige vorm van overdrijving een uniek Young Adult-boek, een verhaal dat na lezing nog heel lang in je hoofd blijft zitten. Eenzame klasse!

Beth Ann Bauman - Rosie en Skate

(Van Goor, 2011)



Rosie (15) en Skate (17) zijn tegenpolen. Hun moeder hebben ze nauwelijks gekend. Zij overleed toen de zusjes nog heel jong waren. Hun vader maakt sindsdien een puinhoop van zijn leven. Hij heeft zich volledig overgegeven aan de sterke drank en hij zit bij het begin van het verhaal een straf uit in de gevangenis na het beroven van een drogist.
Rosie bezoekt trouw de bijeenkomsten voor kinderen van alco’s. Bij Gus de leider van de praatsessies voelt ze zich prettig en veilig. Ze voelt zich bovendien aangetrokken tot Nick, een andere deelnemer, wiens vader zich voortdurend laat vollopen met wodka. Skate (haar werkelijke naam is Olivia; ze dankt haar bijnaam aan haar onafscheidelijke skateboard) vindt het allemaal maar ‘watjesklets’ en ze distantieert zich van de praatgroep.
Rosie woont samen met Angie, een nicht uit Florida, in het vervallen, maar sfeervolle ouderlijk huis aan de kust van New Jersey. Geregeld zoekt ze haar vader op in het gevang en ze hoopt maar dat Skate haar voorbeeld zal volgen. Maar haar zus heeft daar geen zin in. Ze vindt haar vader (ze noemt hem ‘de ouwe kraai’, naar de Old Crow-whisky die hij gewoonlijk drinkt) een loser en ze heeft de hoop opgegeven ooit nog een normaal gezinsleven met hem te kunnen leiden. Skate woont bij Julia, de moeder van haar vriend Perry, de liefde van haar leven. Perry is echter in de herfst naar de universiteit in New Brunswick verhuisd en hij woont nu in een studentenhuis .

Het perspectief ligt beurtelings bij Rosie en Skate en op die manier leer je als lezer de meisjes steeds beter kennen. Rosie is onzeker en kwetsbaar. Ze is verliefd op Nick, maar nadat ze met hem haar eerste seksuele ervaring heeft, weet ze niet wat ze nog met aan moet en ze creëert afstand. Ze is enorm teleurgesteld in haar vader, zodra blijkt dat hij zich in de gevangenis heeft misdragen door de flessen hoestsiroop in de apotheek leeg te drinken. Rosie wil hem voorlopig niet meer zien.
Skate raakt op haar beurt in een dip als blijkt dat Perry vreemd gaat met een studiegenoot. De verwijdering tussen haar en Perry neemt langzaam vaste vormen aan, ook als Perry duidelijk maakt dat hij nog steeds heel veel voor haar voelt.
Steeds vaker is Skate te vinden in het huis van Frank, haar collega in een amusementshal aan de promenade. Frank wisselt geregeld van vriendin, maar hij blijkt uiteindelijk toch de perfecte partner voor zijn ‘lovely dude’ Skate.

Zonder valse emoties, zonder ook maar een spoor van sentimentaliteit, vaak ingetogen en in ieder geval met heel veel gevoel voor sfeer vertelt Bauman haar verhaal over Rosie en Skate. Langzaam groeien de zussen naar elkaar toe in een levensfase die bepaald niet makkelijk is en waarin ze de nodige tegenslagen incasseren. Psychologisch zit het allemaal doordacht in elkaar en de geschiedenis krijgt op die manier de nodige diepgang. In de loop van het verhaal ontwikkel je als lezer steeds meer sympathie voor de qua karakter zo verschillende zussen die gemeen hebben dat ze op zoek zijn naar een stukje geborgenheid en warmte.

In het slot heeft Skate haar kettinkje van Perry afgedaan en geeft ze zich over aan haar nieuwe liefde. ‘Ik pak Franks hand en hij strengelt zijn vingers tussen die van mij. En zo vallen we zomaar in slaap.’

Een heel mooi boek dat zich zonder enige twijfel mag rangschikken tussen de betere Young Adult boeken van dit moment.

woensdag 17 augustus 2011

Lydia Rood - Feest!

(Leopold, 2011)


Myrna, haar vriend Michiel en een keur aan klasgenoten komen afwisselend voorbij in een verhaal waarin een party bij Yona thuis een absoluut hoogtepunt had moeten worden. Dat wordt het dus niet. Het broeit in de onderlinge verhoudingen en het feest loopt na het spelen van een spelletje ‘Truth or dare’ gigantisch uit de hand met zelfs een dodelijke afloop tot gevolg voor één van de hoofdpersonen.

Feest! is volgens de uitgever ‘een feest om te lezen’, getuige de prikkelende tekst op de achterzijde van het omslag. Lydia Rood staat in de regel garant voor kwaliteit en een flinke dosis leesplezier. Verwachtingsvol nam ik daarom haar nieuwste boek ter hand. De ontgoocheling enkele uren later was groot. Aan het eind van het verhaal zat ik plotsklaps opgescheept met een lijk en een flinke kater.

Natuurlijk, Lydia Rood is een vakvrouw pur sang en stilistisch valt er op Feest! echt niet veel af te dingen. De talloze dialogen zijn met veel vaart geschreven en qua woordgebruik laat Rood zien dat ze dicht bij de belevingswereld van jongeren staat. Maar dit alles geeft nog geen uitzicht op een ook werkelijk consistent en geslaagd verhaal. Kijken we naar de opbouw en structuur van deze jeugdroman dan slaat Rood mijns inziens de plank volledig mis.

Ze wisselt voortdurend van perspectief en gunt de lezer zo een blik in het hoofd van een tiental acteurs. Dat had op zich goed uit kunnen pakken, ware het niet dat de groep feestgangers té groot is, je als lezer na verloop van tijd de draad kwijtraakt en herhaaldelijk de neiging hebt terug te bladeren in het boek.

Een ander probleem is dat door het eindeloos schakelen tussen de personages niemand echt diepgang krijgt. Zelfs Myrna en Michiel, feitelijk de meest interessante verhaalfiguren, blijven in de beschrijving vlak en komen in de loop van de geschiedenis steeds ongeloofwaardiger over. Nergens wordt het verhaal echt meeslepend en vooral in de tweede helft beginnen de eindeloze mijmeringen van al die personen op zijn zachtst gezegd te vervelen.

De schrijfster heeft vervolgens heel veel tijd en ruimte nodig om te komen tot een climax waarvan de uitwerking ronduit teleurstelt, Rood onwaardig. Alsof ze dit voorzag, kan de lezer kiezen voor een alternatief einde waarin een andere verhaalfiguur het loodje legt. Daartoe moet je op het internet surfen naar de website van de uitgever. Maar dat lukt niet. Het lijkt of het zo heeft moeten zijn. Zelfs het internetadres klopt niet, werd verkeerd overgenomen achterin het boek.

Ik stel voor dat we dit feestje maar heel snel vergeten …!