De Kinderboekenweek in oktober met als thema ‘En toen?’ stond in het teken van geschiedenis. Boeken brengen de historie tot leven, maken wat voorbij is tastbaar. Daarbij komt: menig schrijver voelt zich aangetrokken tot het verleden. Dat blijkt, want in mijn blog komen geregeld historische romans voorbij, vaak verdraaid goed geschreven. Uitgeverij Lemniscaat loopt al decennia lang voorop. Met schrijvers als Thea Beckman, Simone van der Vlugt en Joyce Pool, specialisten in het historische jeugdverhaal, bouwde de Rotterdamse uitgever een goede naam op en verwierf zij een stevige reputatie die zich allang niet meer beperkt tot alleen het geschiedenisverhaal.
Hierna aandacht voor een prachtig verhaal over het smokkelen van boter in de vorige eeuw, wederom een Lemniscaatuitgave.
Pungelen
Pungelen betekent smokkelen en dat is ook het onderwerp van het nieuwste boek van schrijfster Annet Huizing. Het verhaal is een hedendaagse geschiedenis met als historische achtergrond de botersmokkel aan het begin van de tweede helft van de vorige eeuw.
Het draait allemaal om Ole, de dertienjarige hoofdpersoon.
De ouders van Ole zijn al behoorlijk op leeftijd en het lijkt daarom logisch
dat hij nooit een oma of opa heeft gekend. Maar al in het eerste hoofdstuk
blijkt de vader van Ole niet eerlijk te zijn geweest. Hij heeft voor zijn zoon
al die tijd verzwegen dat diens grootvader nog wel degelijk in leven was. Was,
want nu is hij overleden en hij laat een huis achter in Brabant, dichtbij de
grens met België. Als niet veel later blijkt dat opa ook nog een flinke schuld
achterliet, zit er voor het gezin dat zich plotsklaps geplaatst ziet voor grote
financiële problemen niets anders op dan te verhuizen naar het Brabantse Orpel.
Ole en zijn vader zeggen Utrecht vaarwel. Met z’n tweeën, want de wat zweverige
moeder vertrekt naar Tibet voor een ontdekkingsreis van honderd dagen op zoek
naar zichzelf. ‘M’n moeder is ook niet helemaal zoals een ander.’ (p. 28)
Het vette goud
Eenmaal aangekomen in het sterk verwaarloosde huis in Orpel komt Ole, mede dankzij de ontmoetingen met enkele dorpsgenoten meer aan de weet over zijn familiegeschiedenis. Geholpen door een klasgenoot, de Poolse Anastazja, gaat Ole op onderzoek uit en zo komt de opa die hij nooit heeft gekend langzaam weer tot leven. Rooie Piet bleek een fanatiek pungelaar. Niet voor niets stond het huis dat hij bewoonde in de volksmond bekend als ‘Het Pungelhuis’. In de jaren vijftig en zestig van de twintigste eeuw smokkelde hij roomboter de grens met België over om zo te ontkomen aan de torenhoge invoerrechten die de Belgische overheid hief om de Belgische boeren beter te beschermen tegen de groeiende Hollandse boterberg. Er werd grof geld verdiend aan deze lucratieve, illegale handel en de strijd tussen de botersmokkelaars en de commiezen was er een van leven op dood.Langzaam maar zeker beseft Ole waarom zijn vader nooit over zijn opa wilde praten. En hij leert tegelijkertijd ook de soms wat moeizame relatie met zijn eigen vader beter te begrijpen.
Veel hooi op haar vork
Dat Annet Huizing (1960) prachtig kan schrijven bewees ze
eerder met Hoe ik per ongeluk een boek schreef (Lemniscaat, 2014) en een
informatief boek over de werking van de rechtspraak in ons land, getiteld De
zweetvoetenman (Lemniscaat, 2017). Beide titels werden bekroond met een
Zilveren Griffel. Ook Het Pungelhuis is weer een parel. Als je kijkt naar de
compositie dan valt op dat de schrijfster wel erg veel heeft willen vertellen.
Daar is niet alleen de verhaallijn over de moeilijke jeugd van Oles vader en
diens broer, de gehandicapte Arie. Maar daar zijn ook nog de verhalen over de
moeizame relatie tussen Ole en zijn vader, de smokkelgeschiedenis en de
helingsreis van Oles moeder naar Tibet. En dan komen er nog enkele kleurrijke
personages in het verhaal voorbij waaronder de Ierse Gary, Anastazja en de
Vlaamse pottenbakster Pola. Het is allemaal wat veel in deze geschiedenis van
nog geen 180 pagina’s. Het is daarom niet vreemd dat de hoofdpersoon
oppervlakkig blijft. Huizen had meer aandacht kunnen geven aan de ontwikkeling
die Ole doormaakt. Het is de enige kritiek op een verder voortreffelijk verhaal
dat bijzonder aangenaam leest, mede dankzij de vlotte stijl, het verzorgde
taalgebruik en de dikwijls levendige dialogen. Een aanrader voor lezers in de
onderbouw.
Huizing,
A. (2020) Het Pungelhuis. Rotterdam: Uitgeverij Lemniscaat bv. Isbn 978 90 477 1251 0 € 19,95, 192 blz.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten