donderdag 18 augustus 2011

Francisco X. Stork - De laatste zomer van de Krijgers des Doods

(Lemniscaat, 2011) 

 Pancho (17) is kwaad op alles en iedereen. Zijn vader liet het leven bij een ernstig bedrijfsongeval. Kort daarop overlijdt zijn oudere zus Rose. Rose had verstandelijke beperkingen en ze is dood aangetroffen in een motelkamer. Volgens de patholoog is de doodsoorzaak niet precies vast te stellen, maar er is niets dat wijst op een misdrijf. Pancho weigert dit te geloven. Alleen op de wereld wordt hij als minderjarige onder toezicht gesteld en opgenomen in een pleeggezin. Zijn onaangepast gedrag geeft al snel problemen. Na een flinke vechtpartij met de zoon des huizes belandt hij in St. Anthony’s, een weeshuis dat wordt geleid wordt door een geestelijke: pater Concha. Daar ontmoet hij leeftijdsgenoot Daniël Quintin (D.Q.), een jongen met kanker. Alsof het de gewoonste zaak van de wereld is, claimt D.Q. Pancho. ‘Ik ben je vakantiebaantje. Je wordt mijn buddy. Je gaat met me mee naar mijn behandelingen. Je wordt mijn metgezel.’ Pancho laat het gebeuren, gestimuleerd ook door de pater die hem voor zijn hulp zelfs een financiële vergoeding in het vooruitzicht stelt. Maar ondertussen kan niets hem afleiden van het doel dat hij zichzelf gesteld heeft. En dat is wraak op de moordenaar van Rose. Want Pancho is er zeker van dat zijn zus om het leven is gebracht. Bij het leeghalen van de trailer waarin hij woonde, vindt hij het dagboek van Rose. De teksten bevatten sterke aanwijzingen dat zij haar laatste levensdag doorbracht in het bijzijn van een klusjesman uit Albuquerque. Die wil Pancho opsporen. Terwijl Pancho broedt op zijn wraakplan, zit D.Q. vol levenslust. Hij schrijft het ‘Manifest van de Krijger des Doods’, een filosofisch plan om alles, maar dan ook werkelijk alles uit het leven te halen. Zoals de schrijver Henry David Thoreau het benoemde in zijn boek Walden: ‘Ik wilde het leven diep doorleven en alle merg eruit zuigen …’. Zijn ideaal is dat Pancho en hij leven volgens de beginselen van genoemd Manifest. Samen met D.Q. reist Pancho af naar een ziekenhuis in Albuquerque. D.Q. zal er op voorspraak van zijn moeder een experimentele behandeling ondergaan. Daarna volgen twee weken van herstel in Casa Esperanza, een huis voor externe patiënten. D.Q. verheugt zich op het weerzien met één van de vrijwilligers: Marisol. Zij is het meisje van zijn dromen. Het komt Pancho allemaal goed van pas, want hij weet dat hij nu niet ver meer is van de moordenaar van Rose en zijn wraakplannen krijgen steeds vastere vormen.

Francisco X. Stork, de auteur van het succesvolle Marcelo en de echte wereld (Lemniscaat, 2010) putte voor zijn nieuwe roman inspiratie uit zijn eigen leven, namelijk dat van een Amerikaanse jongen van Mexicaanse afkomst, die een ogenschijnlijk hopeloos leven leidt in een woonwagenkamp. Wat kan die man toch geweldig schrijven! 

Ook deze Young Adult-roman is wederom van eenzame klasse. De twee hoofdpersonen worden door hem geweldig geportretteerd en het duurt niet lang of je hebt ze als lezer in je hart gesloten. De jongens zijn in alles elkaars tegenpolen. D.Q. is slim, filosofisch ingesteld en kind van vermogende, hoogopgeleide ouders. Pancho is wat trager van begrip, zoon van een arbeider, Mexicaan en hij heeft een gewelddadige inslag. Het is intrigerend te lezen hoe deze twee verschillende karakters elkaar vinden en hoe zich geleidelijk een bijzondere vriendschap ontwikkelt. De pater weet het in een gesprek met Poncho goed te verwoorden. ‘Het is niet makkelijk om betrokken te raken bij iemand in D.Q.’s situatie (…) iemand die heel erg zijn best doet doelbewust te leven.' D.Q. is terminaal en de experimentele medicijnen en de chemo slopen hem. Maar hij leeft naar één van de voornaamste principes van zijn Manifest en wel deze: niet zeuren! Dat houdt hij wonderbaarlijk lang vol totdat blijkt dat Marisol niet meer dan vriendschappelijke gevoelens voor hem heeft. Lichamelijk voelt ze zich juist aangetrokken tot Pancho. Vanaf dat moment gaat het met D.Q.’s gezondheid snel bergafwaarts.

De geschiedenis bevat talloze filosofische beschouwingen die je als lezer aan het denken zetten. Het knappe is dat ze nergens de vaart uit het verhaal halen. Bijna nergens, want in het laatste deel schiet Stork mijns inziens door. Hij laat D.Q. gedurende een therapeutische healing bij een kampvuur mijmeren over dimensies. Het gaat Pancho boven zijn pet, maar ook de lezer raakt hier het spoor enigszins kwijt. Maar alles bij elkaar is deze nieuwste van Francisco X. Stork toch een wonderschoon, onvergetelijk verhaal, een boek met onmiskenbaar literaire kwaliteiten. We mogen hopen dat die man nog lang niet is uitgeschreven!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten