(Uitgeverij De Harmonie, 2018)
De dag die nooit komt is het relaas van de zeventienjarige filmfanaat Elias. In één lange slapeloze nacht overdenkt hij de gebeurtenissen die hem in de situatie hebben gebracht waarin hij zich thans bevindt. Hij vertelt over die dramatisch verlopen zomer, nu zo’n driekwart jaar geleden. Over de mensen die hem lief zijn. En over de demonen in z’n hoofd.
Geleidelijk ontstaat het beeld van een beschadigde jongen die niet zonder reden elke tweede donderdagmiddag een psychiater bezoekt. Zijn plotselinge woedeaanvallen en zijn agressief gedrag op school waren voor zijn moeder aanleiding hem aan te melden bij Henry. Dankzij deze Henry leert Elias Polly kennen. Zij sprak hem aan voor diens voordeur en zij liet hem vervolgens niet meer los. Polly en zijn zusje Evi zijn ongelofelijk belangrijk voor Elias, zij geven kleur en betekenis aan zijn bestaan. Maar het lot is de meisjes minder goed gezind waarna Elias ook zichzelf niet ontziet.
De titel is een verwijzing naar de gelijknamige song van Metallica (The Day That Never Comes).
Het is een verhaal waarin de schrijver je voortdurend op het verkeerde been zet. De vele onverwachte en verrassende gebeurtenissen houden je als lezer scherp. De snelheid waarmee debutant Reps vertelt, ligt hoog, maar stoort niet. De geschiedenis verrast, ontroert en voert je in een soort van rollercoaster naar een ontluisterende, verbijsterende finale.
Dit alles maakt De dag die nooit komt tot een fascinerend leesboek waarbij je je geen moment verveelt.
Wat mij betreft een absolute aanrader voor lezers in de bovenbouw.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten